zaterdag 1 augustus 2015

Vervolg familiegeschiedenis Serafina


Laten we verder gaan met het verhaal van de derde broer, de vader van Serafina: Antonius Wilhelmus Cornelis, kortweg Anton.
Zoals eerder gemeld, werd hij 16 maart 1900 in Eindhoven geboren.
Hij woonde bij zijn ouders aan de Tramstraat 24 totdat hij op 6 september 1915 naar Weert vertrok.
Hij ws door zijn ouders, net zoals zijn broers eerder, naar een jongensinternaat gestuurd.
Waarschijnlijk het Bisschoppelijk College.

Op Wikipedia is het volgende te vinden over deze school:
Het Bisschoppelijk College werd op 17 augustus 1648 onder de naam Haga Mariana ofwel Mariënhage gesticht als Latijnse School door Joannes Boutman prior van het klooster met diezelfde naam. Dit klooster werd eerder, op 18 april 1419, gesticht ten noorden van de stad Eindhoven in het dorp Woensel op de plaats Hage, gelegen aan de Dommel bij het landgoed Ravensdonk. In 1581 werd het klooster tijdens het beleg van Eindhoven door de Staatsen in de as gelegd. Na omzwervingen, door de instabiele situatie, die op haar beurt weer het gevolg was van de aanhoudende strijd tussen Spanje en de Verenigde Provinciën, belandden de Reguliere Kanunniken anno 1638 in Weert.
In 1794 bezetten de Fransen Weert en aldus kregen de kanunniken op 20 maart 1797 de letterlijke bons en werden uit hun school gejaagd. Nadat in 1814 Limburg aan Koning Willem I werd gegeven, werd de school in 1815 heropend. In de tussenliggende jaren werd onderwijs gegeven in een particulier huis aan de Langstraat te Weert. Vanaf 1815 werden onder andere door het gouvernement Limburg inspecteurs ingezet om de kwaliteit van het verstrekte onderwijs te toetsen. De Latijnse Scholen kwamen hierbij ook aan bod. De minister van Binnenlandse Zaken, Onderwijs en Waterstaat besloot aldus in 1824 de Latijnse School in Weert op te heffen. De stad kreeg het echter gedaan een voorstel tot uitstel van opheffing door het departement goedgekeurd te krijgen. In 1826 werd de school omgevormd en "een kollegie opgerigt op den voet der vastgestelde verordeningen". Hiertoe werden een schoolruimte, gelegen aan de Langstraat, en subsidies beschikbaar gesteld door de stad.
In 1831 verhuisde de school van de Langstraat terug naar de Molenstraat. In 1846 overwoog de gemeenteraad om opnieuw een kostschool aan te stellen om zo de bloei van het college te bevorderen. Dit werd gedaan door van de oude paardenstallen studiezalen te maken, terwijl de betreffende bovenverdieping tot slaapzaal zou dienen. Hoewel de school en zijn gebouwen in 1831 waren overgedragen aan de bisschop van Luik, was de status van de gebouwen ongewis toen Weert weer tot de Nederlanden kwam te behoren in 1839. Zodoende probeerde de gemeente in 1843 de schoolgebouwen te kopen van de Nederlandse staat. Dit mislukte en de status quo bleef onveranderd waarbij de schoolgebouwen door de staat aan de gemeente in bruikleen waren. Deze situatie duurde tot 1862 toen een dergelijk voorstel wel werd gehonoreerd. In 1869 werd bovendien besloten tot uitbreiding van de school door het bouwen van een hoofdgebouw met poort aan de Molenstraat. In 1902 droeg de gemeente het eigendom van de schoolgebouwen over aan de Vereniging Bisschoppelijke College Sint Joseph en bovendien stelde zij toen geld beschikbaar ter verbetering van de bestaande gebouwen en voor het bouwen van een nieuw gebouw gelegen aan de Molenstraat, parallel aan het hoofdgebouw. In het begin van 1903 plaatste de rector H.J.H. Wouters de eerste steen. Na de ingebruikname van het nieuwe gebouw werd het oude gebouw gebruikt voor de klassikale lessen, in het nieuwe gebouw bevonden zich voortaan de studiezaal, de recreatiezaal, de refter en de slaapzaal. Tussen beide gebouwen lag een speelplaats. In 1915 werd een kapel gebouwd, ontworpen door architect Henri Seelen, welke werd ingewijd op 15 februari 1916 door mgr. Schrijnen. In 1932 werd een vleugel toegevoegd aan de westzijde, bestemd voor aula, kamers voor de leraren en slaapzaal. In 1937 werden 2 hectare grond aangekocht van het kerkbestuur, gelegen tussen de Louis Regoutstraat en de Coenraad Abelsstraat, welke in 1938 als sportveld in gebruik genomen werd. In 1947 werd na de oprichting van de hbs aan het college, het hbs-noodgebouw opgeleverd. Dit gebouw was gelegen tussen de zuidelijke vleugel en de Van Berlostraat en bood plaats aan 9 leslokalen, een gymzaal en een studiezaal.

Op 25 juli 1918 kwan Anton weer terug in het ouderlijk huis.
Volgens het Eindhovense bevolkingsregister vertrok hij 8 juli 1920 naar Rotterdam.
Wat hij daar deed is vooralsnog onduidelijk, wellicht een vervolgopleiding.
In ieder geval treffen we hem in 1925 weer thuis, getuige een aantal opnamen van hem uit die tijd.

Hier staat hij rechts achter met zus Corry links voor.

Anton achter de piano in het ouderlijk huis. Daarnaast een foto gemaakt op de kermis van 's Hertogenbosch 1925, traditioneel de laatste week van augustus. Vlak na het overlijden van vader Cor op 18 augustus van dat jaar.


En deze opname van Anton is volgens het opschrift van november 1925 kort voordat hij 28 november met mailschip Rowi  van Rotterdam vertrok naar Nederlands Indië, zoals blijkt uit dit knipsel uit Het Vaderland van 30 november 1925

Geen opmerkingen:

Een reactie posten